maandag 19 december 2011

Op tijd geklaagd ?!

De rechtbank ’s Hertogenbosch heeft vonnis gewezen in een zaak, waarin de aannemer (pas) na 14 maanden na de eerste mededeling van de gebreken bij zijn leverancier heeft geklaagd over het gebrekkige product. Tijdig, volgens de rechtbank.

De wet (artikel 7:23 BW) schrijft voor, dat de koper binnen bekwame termijn moet klagen indien de geleverde zaak niet aan de overeenkomst beantwoordt. Binnen bekwame termijn betekent in de rechtspraak veelal een termijn van 2 à 3 maanden. De ratio van deze klachttermijn is de verkoper te beschermen tegen late en daardoor moeilijk te betwisten klachten.  

De casus is als volgt. Opdrachtgever geeft aannemer in 2000 opdracht voor het leveren en aanbrengen van een daksysteem voor zijn bedrijfshal. De aannemer koopt de sandwich dakpanelen bij zijn leverancier.  Leverancier stuurt op 20 oktober 2005 een brief aan aannemer waarin hij meldt, dat bij bepaalde dakpanelen die in de periode 1999/2000 zijn geleverd, delaminatie is ontstaan. De bovenste staalplaat laat los van de EPS-middenkern. De delaminatie tast de draagcapaciteit van het dakpaneel en daarmee van het gehele dak aan, wat in het ergste geval kan leiden tot lokaal instortingsgevaar. In deze brief verzoekt leverancier aan aannemer om deze brief door te leiden naar de eigenaren van de gebouwen en kondigt aan een expertisebureau opdracht te zullen geven om onderzoek te verrichten. Op 24 oktober 2005 heeft aannemer deze brief doorgestuurd aan opdrachtgever.

Op 1 oktober 2007 vindt onderzoek plaats aan de dakpanelen bij opdrachtgever. De deskundige oordeelt dat er sprake is van beginnende delaminatie. Op 24 oktober 2007 ontvangt opdrachtgever het onderzoeksrapport en beklaagt zich op 23 november 2007 bij aannemer. Medio 2008 vindt nogmaals onderzoek plaats waarbij wordt vastgesteld dat de oorzaak van de delaminatie een manco in de geleverde dakpanelen is. Dit rapport wordt eind 2008 verstrekt.

Bij brief van 28 maart 2008 heeft opdrachtgever aannemer aansprakelijk gesteld en gesommeerd om de gebrekkige dakpanelen te vervangen. Aannemer stelt op 26 januari 2009 leverancier aansprakelijk voor de gebreken en sommeert  hem om vervangende dakpanelen te leveren en de herstelkosten  te vergoeden.

Opdrachtgever begint een procedure tegen aannemer, die vervolgens leverancier in vrijwaring oproept. In de hoofdzaak stelt aannemer onder andere dat opdrachtgever te laat geklaagd heeft. Volgens aannemer is de klachttermijn gaan lopen op 24 oktober 2005, dus op het moment waarop opdrachtgever de brief heeft ontvangen dat er sprake is van mogelijke delaminatie. De rechtbank stelt voorop, dat “waar het geen consumentenkoop betreft, de koper ter beantwoording van de vraag of de hem afgeleverde zaak aan de overeenkomst beantwoordt het in de gegeven omstandigheden redelijkerwijs van hem te verwachten onderzoek dient te verrichten […]. " Met betrekking tot de klachttermijn, stelt de rechtbank stelt dat “het in belangrijke mede bepalend is hoeverre de belangen van de verkoper al dan niet zijn geschaad door de lengte van de in acht genomen klachttermijn”.

Volgens de rechtbank was de brief zodanig algemeen gesteld, dat opdrachtgever er op mocht vertrouwen dat er geen sprake was van een wijdverbreid probleem en dat er slechts een (kleine) kans was dat zijn dak hierdoor getroffen was. Ook was er geen aanleiding om zelf onderzoek te verrichten, aangezien leverancier reeds had aangekondigd onderzoek te verrichten. De klachttermijn is volgens de rechtbank dus gaan lopen op 24 oktober 2007, de dag waarop opdrachtgever het eerste onderzoeksrapport heeft ontvangen. Opdrachtgever heeft op 23 november 2007, dus tijdig, geklaagd. Het beroep op verjaring wordt afgewezen.

In de vrijwaring speelt de schending van klachtplicht eveneens. Ook hier is het beroep op verjaring afgewezen. Volgens de rechtbank, heeft aannemer tijdig – na ontvangst van het laatste rapport – geklaagd. Bovendien was  leverancier op de hoogte van de discussie tussen aannemer en opdrachtgever zodat leverancier niet in zijn belangen geschaad door de lengte van de klachttermijn. Gelet op de ratio van artikel 7:23 BW – het beschermen van de verkoper -  is de uitspraak begrijpelijk.

Het advies is dus om altijd tijdig te klagen, eventueel “voor nu en alsdan” indien de resultaten van een onderzoek afgewacht moeten worden.  


Tot slot nog even een andere delaminatie kwestie.


Enkele jaren geleden heb ik een zaak behandeld, waarbij in het bestek een leverancier voor de sandwich gevelbeplating was voorgeschreven. Mijn cliënte, onderaannemer, bestelt deze beplating en brengt het aan. Na enkele jaren komt de buitenschil los van de binnenkern (delaminatie). Opdrachtgever spreekt hoofdaannemer hierover aan en hoofdaannemer legt de aansprakelijkstelling vervolgens door aan mijn cliënte. Uit onderzoek is gebleken dat er bij de productie onvoldoende, dan wel onjuiste lijm is toegepast zodat de lijmverbinding ondeugdelijk was. Mede in samenhang met de donkerbruine kleur van de schil is er warmtespanning ontstaan, waardoor de delaminiatie is opgetreden.  

Het gaat dus om een specifiek gebrekkige bouwstof, waarvoor aannemer volgens de UAV 1989 aansprakelijk is. Op grond van paragraaf 5 lid 4 UAV 1989 is de opdrachtgever immers slechts aansprakelijk voor de functionele ongeschiktheid van de voor hem voorgeschreven bouwstoffen. Ik heb nog betoogd, dat er sprake is van een ontwerpfout – vanwege de speciale maatvoering van de gevelbeplating kwam alleen deze leverancier in beeld-  maar dit werd terzijde geschoven. Cliënte is veroordeeld tot vervanging van de gevelbeplating wat al met al voor hem een schadepost van 2,5 ton opleverde. De leverancier bood geen verhaal.

In mijn zaak is de opdrachtgever dus vrijuit gegaan, terwijl aannemer en onderaannemer precies gedaan hadden wat hen door opdrachtgever was opgedragen. Mijn rechtsgevoel verzet zich hiertegen. Gelukkig geldt dit ook voor de werkgroep herziening UAV. In de concepttekst van de UAV 2011 wordt in paragraaf 6 lid 27 UAV de aansprakelijkheid van de opdrachtgever voor de voorgeschreven leverancier gelijk gesteld met die van de voorgeschreven aannemer, wat mijns inziens ook rechtvaardiger is.

Yvonne Schrader www.schrader.nl