vrijdag 31 augustus 2012

Ontslag op staande voet wegens bijklussen



Het Gerechtshof Arnhem heeft moeten beoordelen of een werknemer op staande voet ontslagen kan worden wegens het aanbieden tot bijklussen in concurrentie met de werkgever. 

Een werknemer is in dienst bij vloerverwarming B.V. In de arbeidsovereenkomst van de werknemer is een verbod tot het verrichten van nevenarbeid opgenomen. 
Op enig moment heeft de werknemer op een vraag van een nieuwe klant van vloerverwarming B.V., het aanbod gedaan om op zaterdag zelf bepaalde vloerverwarmingswerkzaamheden voor een bedrag ad € 1.200,-- te verrichten. Dit zonder toestemming van de werkgever en tegen een bedrag dat veel lager ligt dan bij vloerverwarming B.V. gebruikelijk is. Vloerverwarming B.V. krijgt lucht van dit aanbod van de werknemer en ontslaat de werknemer op staande voet.  

De werknemer stelt zich op het standpunt dat het slechts aanbieden van het verrichten van gelijksoortige werkzaamheden aan een nieuwe klant van de werkgever, geen dringende reden voor ontslag op staande voet op kan leveren. 

De kantonrechter heeft overwogen dat indien de werknemer de aangeboden werkzaamheden daadwerkelijk zou hebben verricht, er zonder twijfel sprake zou zijn van overtreding van het verbod van de arbeidsovereenkomst van partijen met betrekking tot het verrichten van nevenarbeid. In deze kwestie is niet gesteld of gebleken dat de werknemer de werkzaamheden daadwerkelijk heeft uitgevoerd.  De kantonrechter oordeelt vervolgens dat de grondslag waarop een ontslag op staande voet is gegeven niet aanwezig is, zodat het ontslag op staande voet ten onrechte is gegeven. 

Het gerechtshof is van oordeel dat het standpunt van de werknemer moet worden verworpen en overweegt als volgt. Het staat vast dat sprake is van het aanbieden van vergelijkbare een daarmee van concurrerende werkzaamheden. Voorts staat vast dat de werknemer aan een (nieuwe) klant van de werkgever een aanbod doet voor het verrichten van vloerverwarmingswerkzaamheden (voor een prijs ad € 1.200,--). De werknemer heeft een vergelijking gemaakt met de gemiddelde prijs van de werkgever. Ook staat vast dat deze klant een (nieuwe) klant is bij wie de werknemer eerder in opdracht van de werkgever heeft gewerkt. Daarbij komt dat de werknemer de werkzaamheden beoogde uit te voeren met de materialen die hem door de werkgever ter beschikking zijn gesteld voor de uitvoering van de bedongen werkzaamheden. 

Naar het oordeel van het hof rechtvaardigt het aanbieden van het verrichten van gelijksoortige werkzaamheden onder deze omstandigheden, het onderhavige ontslag op staande voet. De werkgever heeft terecht aangevoerd dat de handelswijze van de werknemer elk vertrouwen dat zij als werkgever in een werknemer moet kunnen stellen, heeft ontnomen, hetgeen temeer klemt omdat de werknemer zijn werkzaamheden ‘op locatie’ en dus zonder toezicht van de werkgever uitvoert. 

Conclusie
Niet alleen het daadwerkelijk verrichten van concurrerende werkzaamheden maar ook slechts het aanbieden van werkzaamheden in concurrentie met de werkgever, kan onder omstandigheden dus voldoende grond opleveren om een werknemer op staande voet te ontslaan. 

LJN: BX4601

Mellany Klunder